Stadsdocument: de buurt dichtbij

3 augustus 2021

In gesprek met Anita van Ham, Henri Borgignons en Addie Redmeijer over buurtcohesie.

“Maastricht kent officieel eenenveertig buurten,” steekt Anita van wal. “Buurten vol burgers die ‘gruuts’ zijn op hun stad. We merken dat er steeds meer winkels maar ook voedsel-, kleding- en fietsbanken uit die buurten verdwijnen. En dat terwijl het samenkomstplekken zijn met een sociaal-maatschappelijke functie. Mensen lopen er niet alleen binnen voor hun boodschappen, maar ook voor ontmoeting, een kop koffie en een praatje. Als er dan vanuit de gemeente gezegd wordt dat het betreffende pand een andere bestemming krijgt en de zaak dus moet ‘verkassen’, dan ben je als gemeente verkeerd bezig.

PvdA Maastricht vindt het belangrijk dat deze zaken in de wijken blijven of er terugkeren. Laat buurtfuncties niet verdwijnen door grote investeerders of vernieuwingen. Knap het op en houd het dichtbij. Zo zien we ook dat woningen die gerenoveerd kunnen worden, toch tegen de vlakte gaan en er veel duurdere woningen voor in de plaats komen. De oorspronkelijke bewoners zijn het kind van de rekening. Ze moeten of meer betalen of de buurt verlaten en dat is triest.” Addie vult aan dat als de winkels verdwijnen uit de wijken, je ook de sponsoren van de verenigingen kwijt bent. Winkeliers zijn betrokken bij hun buurt, hun vertrek breekt verenigingen af die door hen gesponsord werden. Het verenigingsleven met zijn rijke cultuur valt om. De buurtbinding wordt kapot gemaakt.

DE BUURTCOHESIE MOET TERUG

Henri neemt De Heeg als voorbeeld: “Het winkelcentrum staat grotendeels leeg en er worden geen nieuwe winkels gerealiseerd maar andersoortige voorzieningen. Terwijl een laagdrempelig ontmoetingscentrum daar harder nodig is. Hetzelfde geldt voor Pottenberg, dat was een levendige wijk met een bloeiend winkelcentrum en nu is er niets meer. Wat goed functioneert moet je niet weghalen. De buurtcohesie moet terug. Kijk naar het huiskamerproject in Daalhof. Dat is heel laagdrempelig, iedereen is er welkom. Mensen met GGZ-gerelateerde problematiek kunnen er hun verhaal kwijt. Zo kan er op tijd hulp geboden worden. Dat werkt veel beter dan dat men naar een loket moet, dat is onnodig ingewikkeld. Of stel net als vroeger stadsdeelcoördinatoren aan. Zij gingen in gesprek met de buurtbewoners en koppelden gesignaleerde problemen terug naar de gemeente. Vroegsignalering voorkomt veel ellende.”

HET KOST JE BLOED ZWEET EN TRANEN, DAT ZAL IK JE VERTELLEN, MAAR HET KAN DUS WEL!

Gelukkig zijn er mensen als Addie Redmeijer. Het Beleid Preventie Huisuitzetting is voortgekomen uit een melding bij zijn fietsbank: “Ik kreeg een telefoontje van één van mijn vrijwilligers of ik naar een gezin wilde komen dat uithuisplaatsing boven het hoofd hing. Er was al een hulpverleningsinstantie bij betrokken maar die kon de ontruiming niet tegenhouden. Ik heb me verdiept in de processen die in de gemeente Maastricht lopen om hier toe over te gaan en kwam uit bij de regievoerder van het Stadsbreed Netwerk Preventie Uithuiszetting. Hij zei dat deze mensen afspraken niet nakwamen en dat niet met ze te praten viel. Ik mocht de casus overnemen en ben met het gezin in gesprek gegaan. Ze werkten vervolgens goed mee zodat ik de corporatie heb verzocht niet te ontruimen. Het gezin accepteerde schuldhulpverlening en begeleiding bij scholing en arbeid. En mocht uiteindelijk blijven wonen.” Addie gaf bij de gemeente aan dat hun systeem niet optimaal functioneert. In 2018 is een pilot gestart om ontruimingen te voorkomen, financieel ondersteund door het Elisabeth Strouven Fonds. Stadsbreed zijn tien potentiële ontruimingen opgepakt en na gesprekken met de betreffende wooncorporaties zijn ze alle tien voorkomen. “Dat heeft de gemeente veel geld bespaard én de gezinnen hebben geen welzijnsschade geleden,” vertelt Addie. “Toen er in 2019 een grotere pilot werd opgepakt, heeft wethouder Jim Janssen ervoor gezorgd dat dit het standaard beleid werd. In twee jaar tijd hadden we 121 casussen waarvan 93 procent niet is ontruimd. Dit geeft aan hoe belangrijk buurtfaciliteiten zijn. Een melding bij een laagdrempelige instantie als een fietsbank heeft een beleidsverandering tot stand gebracht! Tachtig kinderen zijn dankzij die melding niet op straat beland. Het kost je bloed zweet en tranen, dat zal ik je vertellen, maar het kan dus wel!”

JE HEBT DOORZETTERS ALS ADDIE NODIG DIE ZICH ERIN VASTBIJTEN EN NIET MEER LOSLATEN

In het voorgenoemde beleid heeft de gemeente twee ton geïnvesteerd om vijf miljoen te besparen. Een goed functionerend beleid dankzij de fietsbank. Waarom eist diezelfde gemeente dan dat je met je fietsbank weg moet uit Pottenberg? “Het gaat gewoon om geld,” zegt Addie. “Het Sociale Domein van de gemeente staat wel achter een maatschappelijke boulevard maar de commerciële tak wil cashen. We zitten sinds kort in een ad hoc locatie op de Griend, bij de Opel Smeets garage. Elisabeth Strouven wilde tien panden kopen en schenken aan deze initiatieven maar de gemeente verbood een maatschappelijke bestemming. De politiek luistert nog steeds niet naar de verhalen van mensen, het blijft bureaucratisch en niet flexibel. Durf nou eens te zeggen: dit is wat we nu nodig hebben en blijf niet hangen in wat er tien jaar geleden is besloten.”

Henri: “Gelukkig heb je doorzetters als Addie die zich erin vastbijten en niet meer loslaten!” “Er is ook een netwerk nodig,” antwoordt Addie, “maar soms moet je even je tanden laten zien. Als je vasthoudt kan de politiek niet anders dan erin meegaan. Wooncorporatie Servatius is bereid om sociaal-maatschappelijke invulling aan het pand te geven maar de herstelkosten zijn significant. Elisabeth Strouven is in gesprek met alle corporaties om te investeren in dat pand, maar dan zal het bestemmingsplan moeten veranderen. Het zou ideaal zijn als dat in gang gezet kan worden terwijl wij er in de tussentijd kunnen blijven zitten. Maar de wetgeving maakt het moeilijk.”

EEN PARA-COMMERCIËLE BOULEVARD WAAR ALLES IN ÉÉN PAND ZIT, WAAR JE DUS MAAR ÉÉN DREMPEL OVER HOEFT TE GAAN EN WAAR NIEMAND KAN ZIEN HOE JE DINGEN BETAALT

Addie’s droom op gebied van buurtverbinding en armoedebestrijding is een para-commerciële boulevard waar alles in één pand zit. “Waar je dus maar één drempel over hoeft en waar niemand kan zien of je dingen betaalt met je pinpas of met een tegoed pasje. Zodat iedereen zonder schaamte kan winkelen. Zakelijk gezien kun je alles bundelen waardoor je een duurzame bestuursstructuur biedt.” Anita bedenkt wat de PvdA hierin kan betekenen. “De PvdA wil dit zo spoedig mogelijk op de agenda zetten,” zegt ze. “Daarom dienen we een motie in om zo een uitspraak van het stadhuis en andere politieke partijen te vragen. Welke partij zou hier tegen kunnen zijn? Zo’n boulevard is heel toegankelijk, je bent af van de verschillende hokjes en van alle kostbare verhuizingen.”

===============

Stadsdocument is een co-productie van PvdA Maastricht een City Magazine Maastricht
tekst Vivianne Rijnders
foto’s Peter van Hooren